donderdag 20 juli 2017

De PLUS

Net voordat we de Kroatisch-Hongaarse grens oversteken, zien we een levensmiddelenzaakje.
 PLUS heet het magazijntje.
Typisch een nerinkje op dorpsniveau: men verkoopt er van alles, maar met weinig keus. Buiten staan rollen zeil en/of behang en binnen kun je naast de conserven ook een rolletje plakband kopen. Brood, vlees, kaas en bananen liggen in een kleine koelvitrine waar de sortering worst opvallend is. De knoflookgeur trekt je er vanzelf naar toe.
Een half bruin vloerbrood lijkt ons wel wat en we vragen of het gesneden kan worden. Jazeker, men pakt een broodmes en snijdt, heel ouderwets, 2 cm dikke plakken. 
Het laatste stukje van de snee laat men zitten. Dan valt het brood niet uit elkaar en met hun manier van inpakken blijkt dat ook wel nodig.

Snijworst is daar nog niet voorverpakt. Na aanwijzen pakt men een van de vleesrollen en legt die op een ouderwetse snijmachine. Met de handslinger, net als een Singer naaimachine, wordt het ronde mes in beweging gebracht, de plakjes vangt men handig op en worden netjes op een vetvrij papiertje gelegd.
Je voelt je weer in De Spar van de jaren '50.
Betalen gaat echter weer ultra-modern: wireless met een pasje.
Hier staan we op een kruispunt: je haalt je spullen bij een na-oorlogs kruideniertje, maar je betaalt contactloos met plastic alsof het AH is.

dinsdag 18 juli 2017

Hoe warm het was..

We moesten allemaal voor onze literatuurlijst de Camera Obscura lezen.Vandaag herinnerde ik me deze frase:

Hoe warm het was, en hoe ver.

Het was een brandendheete vrijdagachtermiddag in zekere hollandsche stad; zoo heet en zoo brandend, dat de mosschen op het dak gaapten, 't welk, op gezag der hollandsche manier van spreken, de grootste hitte is, die men zich voor kan stellen...
Volgens de metingen langs onze weg in Kroatië was het 34 graden, maar bij een kurkdroge lucht, bleek het toch goed fietsen. Juist omdat ik slecht tegen hitte kan, verbaasde het me dat het zo gemakkelijk verliep. Wel heb ik dagelijks een natte zeeroverslap tussen mijn helm en kop. Lekker koel sijpelt dan het water in mijn nek en verder.
Pas als we stoppen, merken we hoe warm het is. Annelies gaat dan af en toe liggen, terwijl ik mijn kleren weer nat maak en mijn broekkruis laag hang. De doorstromende lucht is een lafenis. Voor passerende automobilisten moet ons tafereeltje een heel grappig gezicht zijn. 

maandag 17 juli 2017

Toeval.

Mr.Murphy is de bekende wet van "Als er een kans is dat iets fout kan gaan, dan zàl dat ooit fout gaan"
Oftewel:" Als er een kans is, dàt iets kàn gebeuren, dan zàl dat ook ooit gebeuren."
Die kans kan ver in de toekomst liggen, maar óók in het heden.
Onze Murphy-kans:
Wij stoppen in Obdach, een klein dorpje langs het riviertje Lavant, en bestellen twee koffie in de rookvrije ruimte. Niemand aanwezig.Voor de hoge ramen zien we buiten een man heen-en-weer lopen bij onze fietsen, kennelijk geïnteresseerd in onze opgetaste bicycletten. Annelies loopt naderbij en hoort door het raam dat hij Nederlands spreekt met zijn partner.
Door het glas heen wordt kort iets uitgewisseld waarop de partner bij ons binnenloopt voor een gesprekje.
Al gauw blijkt dat de man uit Nuenen komt. Hij zit in "Cultuur Overdag" en laat dáár nou toevallig ook Annette, de zus van Annelies in zitten...
Hoe groot is nou zo'n kans, dat je zo iemand treft in dàt café ver in het buitenland, op díe dag, precies op dát moment.
Mr. Murphy weet het: héél, héél klein.
Hij bestaat...Mr. Murphy.

vrijdag 14 juli 2017

Vertrouwen

Bij Knittelfeld, een dag voor de afdaling naar Slovenië, komen we op een camping met vijf (!) sterren.
Zelfs een generaal heeft nog niet zoveel sterren op zijn schouder, dus onze verwachtingen waren gespannen. Bij een stevig hekwerk dat een kapitale villa niet zou misstaan, moesten we ons via intercom en camera aankondigen. Je kwam duidelijk niet zomaar binnen. De receptioniste fietste ons voor om de riante kampeerplek te tonen. Op de uitgestrekte grastuin  met twee overdekte tafel/stoelcombinaties  konden we vrij kiezen en een luxueus woonkamer-, keuken-, sanitair-, en was/droogcomplex stond direct achter de goed onderhouden struiken.
Een 2 m² flatscreen, alsmede de bibliotheek voor de regendagen bleek inclusief, evenals een volle vrieskist ter grootte van een Fiat 500, met keurig op kleur en pitten gesorteerde Brödchen, terwijl je uit de koelkast daar achter ook melkprodukten kon nemen.
Betalen? Zeker wel, maar voor prijzen die nauwelijks het dubbele waren van een goedkope supermarkt.
Geplastificeerde prijslijsten, en....of je het geld van de meegenomen goederen maar in het mandje wilde deponeren. Een mandje dat inmiddels al centimeters vol lag met euro's.
Wat een vertrouwen!
Vijf sterren niet alleen voor de camping, maar ook voor de kampeerders.
Prijs per nacht? Niet veel meer dan wat we al gewend waren op onze reis.
Vertrouwen bestaat nog.

woensdag 12 juli 2017

Vrij kamperen

Vannacht slapen we buiten




Het kruipt of het vliegt.

Afhankelijk van de plek waar we met Calimero, bijnaam voor ons gele tentje, neerstrijken, krijgen we 's avonds altijd acht- of zespotige gasten.
De binnentent bestaat geheel uit fijn gaas, dus al liggend op de rug zie je een hemelgewelf vol kleine kruiperds die ook de regen ontvluchten en het gaas als ladder gebruiken. Bovenin verdringen ze zich om de hoogste plaatsen. Net mensen. Met enig gegons bepalen ze wie de sterkste is.
In de VS begeleiden ons vaak de muggen. Een cm afstand tot het gaas is dan geboden, want ze steken hun priemende zuigsnuit zelfs door het gaas heen.
Een andere locatie, wellicht met specifieke flora of bodemgesteldheid levert een horde hooiwagens op. Deze warrelpoten die heel onhandig het trapezewerk op de binnentent beklimmen, stuiven verschrikt uiteen, laten stukjes gebroken poot achter en vluchten struikelend over hun klunzige beenwerksels bij een tikje tegen het gaas.
Afgelopen nacht met veel regen gleden weer eens langzaam vingerdikke slijmerds tussen onze bagage naar boven. Iets minder gewenst, omdat ze altijd ergens een zwart sliertje poep achter laten en een slijmkorst produceren.

Kamperen in de natuur houdt leven in. Het leuke is dat je nu eindelijk gedurende uren al deze potelingen en glijders van onderen kunt bestuderen.
Als je deze kant van kamperen niet zo wilt ervaren, dan kun je toch beter booking.com raadplegen, zoekend naar vijf sterren voor reinheid, messcherp gestreken beddengoed en een klachtenboek voor het melden van "ongedierte"